Als ICT-architecten praten over het maken van visualisaties voor bestuurders, duurt het niet lang voor de term ‘Nijntjeplaatje’ valt. Dit vanuit de arrogante veronderstelling dat bestuurders de complexiteit van ICT niet kunnen doorgronden.
Het klopt dat bestuurders en ICT-architecten elkaar vaak niet begrijpen. Daar zijn allerlei oorzaken voor, maar niet dat bestuurders geen complexiteit aan kunnen. Als er complexe zaken te bespreken of te besluiten zijn, dan doet een Nijntjeplaatje daar geen recht aan. Sterker, oversimplificatie is een recept voor onvrede en zelfs mislukking verderop in het traject. Een architectuurvisualisatie kan en mag best complex zijn – anders dan bij Dick Bruna bestaat het publiek niet uit peuters. Zolang die complexiteit maar voortkomt uit de dagelijkse praktijk van het publiek en niet uit de gekozen visualisatie, de daarvoor gebruikte methodiek en bijbehorende beeldtaal. De plaat moet de essentie laten zien van de problematiek en dat begrijpen bestuurders zeker.
Succesvolle, complexe visualisaties vragen een samenwerkingsproces tussen de opsteller en belanghebbenden. De waarde van zo’n samenwerkingsproces kan niet overschat worden. In discussies ontstaat zicht op de belangrijke concepten, de cruciale verbanden en daarbij passende visualisaties. Tussentijdse schetsen zorgen ervoor dat iedereen het eindresultaat mee ziet ontstaan en ook kan herkennen. Dat vraagt inspanning en tijd van architect én betrokkenen. Bovenal vraagt het een rechte rug in tijden dat oneliners en ongenuanceerde quotes populairder zijn dan een complexe boodschap.